Fragmenten uit mijn leven
De ongehoord rijke persoonlijkheid van Adrienne von Speyr komt nergens beter tot zijn recht dan in dit portret van haar jeugd, geschreven in de periode 1945-1950. Geen enkele belangrijke gebeurtenis uit haar jongste jaren ontsnapt aan de blik van de tot volle ontplooiing gekomen arts. Door de jaren heen ziet zij zelf twee dingen tot ontwikkeling komen: haar onwankelbare wil om, ondanks alle schijnbare onmogelijkheden, toch arts te worden om de mensen te kunnen helpen, en haar onblusbaar verlangen naar de ware, levende God.
Het verhaal is opgewekt, levendig, soms ook scherp kritisch: men ontdekt er haar ontembaar temperament, de tedere structuur en tevens de stoere gezondheid van haar ziel; men vermoedt ook het diepe, enkel maar gesuggereerde lijden.
Wie zich een beeld wil vormen van deze vrouw, die naast haar beroepsleven als arts een zo groot aantal Bijbelse meditaties en andere geestelijke werken geschreven heeft, kan hier alle gegevens verzamelen, authentiek en uit de eerste hand.
